Cafeïne bij probleemgedrag bij mensen met dementie
Meer dan 80% van de mensen met dementie maakt ergens in het ziekteproces een periode met een of meer vormen van probleemgedrag door. De effecten van cafeïne op gedrag bij mensen met dementie zijn tot op heden weinig onderzocht.
Inhoud onderzoek
Cafeïne stimuleert het centraal zenuwstelsel en heeft interacties met diverse neurotransmitters zoals acetylcholine, adrenaline, norepinefrine, serotonine, dopamine en glutamaat. Een effect op het gedrag is daarmee te verwachten.
Bij gezonde volwassenen is het effect van cafeïne op gedrag uitgebreid onderzocht. Cafeïne verbetert de concentratie en vermindert vermoeidheid en kan, in hoge doseringen of bij mensen die hier gevoelig voor zijn, angst en slaapproblemen geven. Angst of slaapproblemen zijn vormen van probleemgedrag bij mensen met dementie. Andere vormen van probleemgedrag zijn onder andere apathie en agitatie.
Meer dan 80% van de mensen met dementie maakt ergens in het ziekteproces een periode met een of meer vormen van probleemgedrag door. De effecten van cafeïne op gedrag bij mensen met dementie zijn tot op heden weinig onderzocht. Na een eerste pilotstudie in een verpleeghuis, is er nu uitgebreider onderzoek ingezet in samenwerking met de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde en de afdeling psychiatrie aan het LUMC.
Animaties
Factsheets
Proefschriften
Publicaties
Misschien vind je dit ook interessant
MeViDem
Kwaliteit van leven gaat over hoe tevreden iemand is met zijn/haar leven, gezondheid en welzijn. De zorg die mensen met dementie krijgen, beïnvloedt hun kwaliteit van leven. Er is ook veel vraag naar vernieuwingen in de zorg, doordat er een toenemende druk op zorgverleners is en stijgende zorgkosten zijn. Om te bepalen of deze vernieuwingen bijdragen aan kwaliteit van leven bij mensen met dementie, is het essentieel om kwaliteit van leven goed te kunnen meten. Met dit onderzoek willen we meer duidelijkheid krijgen over hoe je kwaliteit van leven het beste kunt meten bij mensen met dementie.
Lees verderSYMPA-DEM studie: Symptom Assessment and Management in people with Dementia at the end of life
Er is een grote toename van het aantal mensen dat overlijdt met dementie. Het herkennen van en omgaan met hinderlijke symptomen in de laatste levensfase is van groot belang, maar verloopt niet altijd goed. Vanwege cognitieve achteruitgang kunnen mensen met dementie hun symptomen vaak niet goed meer in woorden aangeven. Dit maakt het steeds lastiger om de juiste zorg te bieden in de laatste fase van het leven. In de SYMPA-DEM studie wordt onderzoek gedaan naar symptoomlast en symptoomherkenning voor mensen met dementie. Het doel hiervan is om de kwaliteit van de zorg voor mensen met dementie te verbeteren en het welbevinden voor mensen met dementie en hun naasten te bevorderen.
Lees verderNavigeren door Crisis: Passende Zorg voor Mensen met Dementie
Het stijgende aantal thuiswonende mensen met (gevorderde) dementie vormt een grote uitdaging voor het verlenen van goede en passende zorg. Mantelzorgers ervaren vaak aanzienlijke belasting, wat uiteindelijk kan resulteren in een crisisopname in een verpleeghuis. Bovendien kan probleemgedrag van mensen met dementie verergeren, bijvoorbeeld in de vorm van agressie, waardoor thuis wonen plots niet langer gaat. Een crisisopname van een persoon met dementie heeft grote impact op de cliënt, naasten en betrokken zorgprofessionals, er onmiddellijke keuzes moeten worden gemaakt, die niet altijd in overeenstemming zijn met de wensen, doelen en voorkeuren van de persoon met dementie en diens mantelzorger. Hoewel het voorkomen van alle crisisopnames waarschijnlijk niet mogelijk is, kan goede organisatie van zorg voor mensen met dementie het gebruik van spoedzorg wel verlagen. Daarom is het van belang om de impact van crisisopnames op de zorg beter te begrijpen en te onderzoeken.
Lees verder